Obesitas, vetzucht ofwel: het konijn is te dik
Of je konijn te dik is, kun je meestal niet zien door al die haren, je moet het voelen. Wanneer er een dikke laag vet op de ribben ligt, het konijn een plofbuik heeft of een dikke wam, is het zeker veel te dik.
Waarom is te dik zijn erg ongezond voor een konijn:
Een te dik konijn kan zichzelf niet meer verzorgen en kan in de meeste gevallen niet meer bij zijn anus om de keutels op te eten. Juist de keutels die zacht zijn, de caecotrofen, worden rechtstreeks uit de anus opgegeten en bevatten veel waardevolle voedingsstoffen en vitamines die nodig zijn voor de gezondheid van het dier.
Het gebied rond de anus wordt bevuild met deze zachte ontlasting. Dit wordt vaak diarree genoemd, maar is het meestal niet.
Een teveel aan lichaamsvet wordt opgeslagen in de wam, een huidplooi onder de kin. Vooral bij voedsters kan die enorm dik worden, zelf zó dik dat het dier ook niet meer bij haar anus kan om keutels te eten. Er hangt dan een dikke slab voor. Er kunnen huidontstekingen in ontstaan en het konijn wordt er in de beweging en het poetsgedrag ernstig door belemmerd.
Natuurlijk beweegt een dik konijn veel te weinig en worden de achterpoten
door het gewicht abnormaal belast waardoor er pijnlijke kneuzingen of ontstekingen aan de voetzolen en hakken kunnen ontstaan.
Genoeg redenen om te zorgen dat konijnen niet te dik worden of dat je te dikke konijnen drastisch laat afvallen.
Hoe laat je het konijn afvallen:
Zet het konijn op een rantsoen van bijna alleen hooi en beperk de hoeveelheid konijnenvoer tot een paar brokjes per dag. Dit is geen probleem voor de gezondheid van het konijn, de meeste voedingsstoffen die het dier nodig heeft, zitten toch in de zachte keutels.
Om het eten van hooi wat aantrekkelijker te maken, kunt u er dagelijks wat versgeraspte wortel, peterselie of boerenkool doorheen mengen. Kruidenhooi wordt ook graag gegeten. Natuurlijk mogen groene groenten altijd, daar zitten (bijna) geen calorieën in.
Weeg het konijn elke week en blijf dat doen. U zult zien dat een slank konijn veel meer wil bewegen, dus zorg voor een grote uitloop.